ik ben de muren van dit huis
de ramen en de deur
en zelfs het gerafelde behang
in onbestemde kleur
ik ben de lamp die zachtjes flikkert
de vlam van het fornuis
en het verborgen duister
in de erkers in dit huis
want dit huis ben ik
en het huis dat is mij
het is waar ik in leef
en het is waarin ik vrij
ik ben de schoen aan mijn
voet de sok om mijn been
en ook dat overhemd
met dat streepje er doorheen
ik ben het boek in zeven delen
het woord nog niet bedacht
en de gedachten die hier vallen
door hun eigen zwaartekracht
want dit lijf ben ik
en dit lijf is mij
het is waarmee ik leef
het is waarmee ik vrij
ik ben de damp in de lucht
de koele bries die waait
de regen die hier klatert
en de zon warmte aait
want deze wereld, dat ben ik
en deze wereld lijkt op mij
als zij huilt komen mijn tranen
en als ze lacht dan ben ik blij
en nu ze warmer wordt
van het zonnetje in de wei
voel ik de lente komen
en denk ik ja, het is weer mei